TAALTIP – Komt voor de bakker!

TAALTIP – Komt voor de bakker!

De donkere dagen voor kerst zijn inmiddels aangebroken. De kaarsjes zijn voor de dag gehaald en ook de kerstballen, klokken en guirlandes worden weer onder het stof van zolder of uit de trapkast opgeduikeld. De huizen worden allemaal in paraatheid gebracht voor de feestdagen. Ik vind het altijd een heerlijke periode. Als het donker wordt, zie je de lichtjes buiten in de bomen aangaan of tegenwoordig zijn dat zelfs complete figuren van licht aan de gevels of in de tuin. ’s Ochtends doet de eerste die beneden komt de lichtjes in de kerstboom aan en dat geeft toch wel direct dat heerlijke kerstgevoel. Langzaam maar zeker gaan we dan richting de kerstdagen.

Kerstavond vieren wij traditiegetrouw met mijn ouders en het gezin van mijn broer en schoonzus. Mijn moeder bakt voor die avond altijd krentenbrood. En dat is niet zomaar een krentenbrood. Het is brood met een hele speciale smaak. Wij vinden het zelfs lekkerder dan het brood van de bakker! Nu wij onze eigen gezinnen hebben, krijgen wij ook altijd een half krentenbrood mee naar huis om ook de andere twee kerstdagen van een sneetje krentenbrood te kunnen genieten. Elk jaar als de kerstdagen een beetje in zicht zijn, vragen wij aan mijn moeder of ze met kerst weer zo’n heerlijk krentenbrood gaat bakken. Het is eigenlijk elke keer weer een enorme klus en elk jaar denkt ze ‘Ik doe het dit jaar eens niet’, maar omdat wij zo aandringen doet ze het toch elke keer weer.

Dit jaar vroegen we het natuurlijk wederom aan haar en al direct antwoordde zij terug ‘ja jongens; het komt voor de bakker’. Nu bedoelde ze niet dat het krentenbrood deze keer van de bakker moest komen, maar dat ze het al geregeld had. Het gist en de andere ingrediënten die dit krentenbrood zo speciaal maken, had ze al besteld. Dat is een goed vooruitzicht voor ons, maar ik vroeg mij tegelijkertijd wel af, waar komt deze uitdrukking precies vandaan? Op de website van het Genootschap Onze Taal, wat overigens een hele fijne website is, wordt het uitgelegd. Zij schrijven dat in het Groot Uitdrukkingenboek van Van Dale staat dat deze uitdrukking wellicht herinnert aan vroeger tijden. Toen kneedde men vaak zelf het deeg en lieten de mensen het vervolgens bij de bakker bakken. Als het deeg dan ‘voor de bakker’ was, dan was het deeg dus gekneed en kon het gebakken worden door de bakker. Nooit geweten.

Mijn moeder heeft de bakker gelukkig niet nodig. Zij kneedt en bakt het brood helemaal zelf en wij mogen het dan opeten. Nou ik kan je vertellen: dat komt helemaal voor de bakker!